De meeste mensen die naar Australië komen, verkennen de oostkust. En vooruit, het is ook wel logisch. Het is het gebied waar de grote steden Sydney en Melbourne te vinden zijn, waar je je inner hippie kunt ontdekken in Byron Bay en waar je naar het koraal kunt koekeloeren bij het Great Barrier Reef.
Het is echter ook de plek met heel veel soortgelijke stranden en nog meer backpackers. Begrijp me niet verkeerd: de stranden zijn echt wel een tandje leuker dan het Almeerder strand en het is er reuze gezellig, maar het echt mooie Australië is toch echt ergens anders te vinden.
Wil jij het echte Australië leren kennen? Ga dan eens naar de outback! Hoewel de marketingafdeling van de Northern Territory hun slogan wellicht half dronken heeft verzonnen; CU in the NT, is het een fantastische staat om een andere kant van Australië te zien. Mocht je nog niet overtuigd zijn; dan zijn hier 5 redenen.
Je ziet niks
Precies. Niks. Is dat leuk dan? Jazeker! Je kunt uren door de vlaktes rijden zonder iets tegen te komen. Het dichtstbijzijnde huis/benzinestation kan zomaar 260km verderop liggen. Terwijl je door de outback rijdt, lijkt alles hetzelfde. Maar zonder dat je het echt opmerkt is het landschap ineen veranderd. Ondertussen zie je niets anders dan de horizon, op een (dode) kangaroe na dan.
Je leert het lokale Australische leven kennen.
Ondanks dat veel mensen in de steden wonen, woont een groot deel van de bevolking in afgelegen gebieden. Door een bezoek aan de NT, zie je hoe veel Australiërs leven. Zeker als je gaat kamperen, zal je vaak een campingplek vinden op een cattle station of een andere boerderij. Je leert meer over het lokale leven daar. Hoe de mensen die op 200km van het dichtstbijzijnde stadje hun boodschappen doen, naar de tandarts gaan of hun kinderen onderwijzen. En dat is toch echt wat anders dan het leven op het platteland in ons kikkerlandje.
Je ziet de mooiste natuurparken
De Northern Territory heeft een aantal waanzinnig natuurparken. In de omgeving van Alice Springs vind je het wereldberoemde Uluru en Kings Canyon, maar ook de MacDonnell Ranges zijn een bezoekje waard. Je kunt hier heerlijk wandelen en slapen onder de sterrenhemel. Doe dit wel ergens tussen april en september anders is de woestijn in Saoedi-Arabië er nog koel bij.
In het noorden van de NT, ook wel Top End genoemd, vind je Litchfield en Kakadu. De laatste wordt ook wel crackadu genoemd door de locals, vanwege zijn indrukwekkende kleuren en wildlife. Je kunt er zwemmen in een natuurlijke infinity pool en duizenden jaren oude Aboriginal schilderingen zien.
Litchfield word ook wel het buitenzwembad van Darwin genoemd. Op een paar uurtjes rijden, vind je natuurlijke waterholes en watervallen. En je kunt er nog krokodilvrij zwemmen ook! Dus trek die bikini of Speedo maar aan!
Je maakt vrienden met de lokale bevolking
In de outback kun je niet zonder elkaar. Als je panne hebt, kan het zomaar een half uur duren voor de volgende auto langskomt (en nee, je hebt er geen bereik, laat staan 4G) dus je helpt elkaar een handje. De mensen in de outback zijn enorm vriendelijk en hulpvaardig. Ze zitten nooit om een praatje verlegen en staan altijd voor je klaar.
Je leert de Aboriginals cultuur beter kennen
In tegenstelling tot de oostkust, woont een groot gedeelte van de Aboriginal gemeenschap in de outback. Wanneer je een bezoekje brengt aan deze regio leer je meer over hun geschiedenis, hun gewoonten en geloof, hun verschillende leefculturen en hun plek in de samenleving. Laat je informeren door de Australiërs en de Aboriginals om de verschillende verhalen te horen. Vergeet ook niet een bezoekje te brengen aan een galerij (bijvoorbeeld in Alice Springs), want ze maken de mooiste schilderijen!
Al met al, mag je de Northern Territory eigenlijk niet overslaan als je naar Australië gaat, anders is je beeld van het land wellicht niet compleet.
Ben jij er al eens geweest? En wat vond je ervan?